De Beemster School voor Meubelmaken ligt in een biologische boomgaard. Deze is eigendom van Kees Konijn, de oudere broer van Frans Konijn, initiatiefnemer van de School.

Frans organiseert een paar keer per jaar een excursie. Meestal naar bedrijven die een relatie hebben met meubelmaken. Omdat cursisten nieuwsgierig zijn naar de boomgaard, is Kees op 21 april uitgenodigd om over zijn vak te vertellen.

Kees heeft de boomgaard, die eerst van zijn vader was, getransformeerd tot een biologische boomgaard. Er groeien alleen peren, voornamelijk Conference, aangevuld met een paar Gieser Wildeman- en Doyenne de Comicebomen. Een kilometer verder heeft hij nog een biologische boomgaard waar hij ook appels teelt.

“Ik begeleid wat er in de tuin gebeurt. De natuur gaat zijn eigen gang. De afgelopen dagen waren rampzalig voor de bloesem door strenge nachtvorst. Gelukkig kunnen wij sproeien. Zo gauw de temperatuur naar 0 graden daalt gaat de beregeningsinstallatie automatisch aan. Het water omhult de bloesem met een laagje ijs waardoor ze beschermd zijn. Deze bomen zijn ongeveer 34 jaar oud. Peren kunnen behoorlijk oud worden, soms wel 60 jaar.”

Kees is eind jaren 90 van de vorige eeuw overgeschakeld naar biologische teelt en is daarmee de enige biologische fruitteler in Noord-Holland. Biologische telers moeten slim zijn om hun gewas te beschermen tegen schimmels, insecten, vogels en dieren als mollen en ratten. Dat vraagt permanent observeren, analyseren en een strijdplan bedenken. Een gangbare tuinder gaat spuiten, bijvoorbeeld met ureum, een SKAL gecertificeerde tuinder kan dat niet. Die moet creatief en inventief zijn. Terwijl Kees praat speurt hij rond en ziet bij sommige bomen kleine peervruchtjes hangen.

“Die moeten we weghalen, zijn een broedplaats voor de verkeerde insecten”’ zegt Kees. “Ik leer iedere dag weer wat anders”. Vroeger vond ik kraaien lastige krengen, die af en toe een hapje nemen en daardoor veel peren beschadigen. Ik zie ze nu  als de opruimers van ongewenste insecten. Oorwurmen zijn ook belangrijk. Ze eten bloedluizen, een luis die weinig natuurlijke vijanden heeft. Op de een of andere manier zijn de oorwurmen veel minder in aantal dan vroeger. Vorig jaar zijn we ze ergens gaan vangen via stro in papieren zakjes waar ze inkruipen. We hebben ze hier weer uitgezet. Het moeilijkste te beheren is het bodemleven. Door experimenteren met schoffelen, wieden en bemesten probeer ik het bodemleven te stimuleren. Gelukkig is de Beemster grond uniek, geeft veel energie.”

Sinds enige tijd werkt Kees steeds meer met de dynamiek van de kosmos. Zo houdt hij rekening met de stand van de maan bij het snoeien.

“Ik blijf me verbazen over de natuur en de krachten die haar allemaal beïnvloeden.”

Kamperen aan de rand van de boomgaard?

Tijdens de Zomerschool voor Meubelmaken kan dat. Van 7 tot 25 augustus vindt de Zomerschool voor Meubelmaken plaats. Voor een paar cursisten is het dan mogelijk om aan de rand van deze bijzondere boomgaard te kamperen. Wees er dus snel bij als je een paar dagen onder de sterrenhemel van een biologische boomgaard wilt slapen, je hoofd vakantie heeft en je handen leren denken.